Wat zijn gevaarlijke geneesmiddelen?
Gevaarlijke geneesmiddelen omvatten onder meer bepaalde antineoplastica, immunosuppressiva en antivirale middelen en worden gebruikt voor de behandeling van een breed scala aan ziekten, waaronder kanker en reumatologische aandoeningen. Een niet-bedoelde blootstelling op het werk aan dergelijke gevaarlijke geneesmiddelen via inademing, de huid of inslikken kan tot ernstige gezondheidsschade leiden.
De Europese regelgeving beschouwt ‘gevaarlijke geneesmiddelen’ als stoffen met CMR-eigenschappen. Gevaarlijke geneesmiddelen worden immers gedefinieerd als “geneesmiddelen die een of meer stoffen bevatten die voldoen aan de criteria om, op basis van de CLP Verordening (2008/1272/EG), te worden ingedeeld als:
- kankerverwekkend (categorie 1A of 1B);
- mutageen (categorie 1A of 1B); of
- voor de voortplanting giftig (d.w.z. reprotoxisch) (categorie 1A of 1B).”
Die definitie legt de nadruk op de CMR-eigenschappen, maar dat neemt niet weg dat deze stoffen ook andere gezondheidsschade met zich kunnen meebrengen zoals toxische, respiratoire of dermatologische gevolgen.
Voorbeelden
De bekendste voorbeelden van gevaarlijke geneesmiddelen zijn de antineoplastica, ook bekend als cytotoxische, cytostatische of antineoplastische geneesmiddelen. Veel antineoplastische geneesmiddelen zijn ingedeeld als kankerverwekkend, mutageen of reprotoxisch. Die stoffen hebben een hoge celtoxiciteit en richten zich zonder onderscheid op zowel gezonde als zieke cellen. Ze worden vaak gebruikt bij de behandeling van kanker.
Naast antineoplastica zijn er ook in andere therapeutische groepen, zoals antivirale middelen, hormonen, immunosuppressiva en antibiotica, gevaarlijke geneesmiddelen terug te vinden.