Biocidenverordening

In de Europese Unie is het op de markt brengen van biociden (bv. desinfectiemiddelen) geregeld door Verordening 2012/528/EG. De verordening is gebaseerd op het principe dat enkel biociden op basis van goedgekeurde werkzame stoffen op de markt mogen gebracht worden.
Onderwerpen:
©:

gepubliceerd door de redactie op 07.10.2024, prevent.be

Geactualiseerd op:

Wettelijk kader

De verordening 528/2012 van 22 mei 2012 betreffende het op de markt aanbieden en het gebruik van biociden verscheen op 27 juni 2012 in het Europees Publicatieblad. De verordening is gebaseerd op het principe dat enkel biociden op basis van goedgekeurde werkzame stoffen op de markt mogen gebracht worden. De verordening trad op 1 september 2013 in werking en was onmiddellijk van toepassing in alle lidstaten. 
In België vormen de bepalingen van het koninklijk besluit van 4 april 2019 betreffende het op de markt brengen en het gebruik van biociden een aanvulling op deze Europese regelgeving.

Wat zijn biociden?

Biociden zijn werkzame stoffen of mengsels die een of meer werkzame stoffen bevatten, en die gebruikt worden om schadelijke organismen (bv. insecten, bacteriën, microben, knaagdieren) onschadelijk te maken. Biociden zijn bijvoorbeeld ongediertebestrijdingsmiddelen, houtbeschermingsmiddelen, conserveringsmiddelen en desinfecterende middelen.

Definitie

Biociden zijn: "alle stoffen of mengsels die, in de vorm waarin zij aan de gebruiker worden geleverd, uit een of meer werkzame stoffen bestaan dan wel die stoffen bevatten of genereren, met als doel een schadelijk organisme te vernietigen, af te schrikken, onschadelijk te maken, de effecten daarvan te voorkomen of op een andere dan louter fysieke of mechanische wijze te bestrijden" (biocideverordening, art. 3).  

Toepassingsgebied

Gewasbeschermingsmiddelen vallen niet onder de biocidenverordening maar wel onder de gewasbeschermingsverordening (2009/1107/EG). 

Vier grote groepen 

De biociden zijn ingedeeld in vier grote groepen en in totaal 22 productsoorten. Die indeling staat beschreven in bijlage V van de verordening:

  1. desinfecteermiddelen (bv. menselijke hygiëne, desinfectie van oppervlakken, desinfectie van drinkwater voor mens en dier)
  2. conserveermiddelen (bv. producten om ontwikkeling van bacteriën en algen te voorkomen tijdens de opslag, houtconserveringsmiddelen, conserveringsmiddelen voor leer, voor bouwmaterialen, voor vloeistofkoelings- en verwerkingssystemen, vloeibare conserveringsmiddelen voor bewerking en versnijden van metaal)
  3. o.a. plaagbestrijdingsmiddelen (bv. knaagdieren) en afweermiddelen
  4. andere biociden (bv. aangroeiwerende middelen voor in het water gebruikte constructies, vloeistoffen voor balsemen en opzetten).

Upgrade jouw abonnement

Deze tekst is momenteel niet toegankelijk binnen jouw abonnementsformule. 
Ontdek onze verschillende formules.