Welke opleiding tot preventieadviseur moet ik volgen?

De opleidingsvereisten voor de preventieadviseur van de interne en externe dienst voor preventie en bescherming op het werk, zijn vastgelegd in de Codex welzijn op het werk.
©:

gepubliceerd op 13.05.2022, prevent.be

Geactualiseerd op:

Interne dienst

Als basisprincipe voor de preventieadviseur van de interne dienst geldt dat de opleidingsvereiste zwaarder wordt in overeenstemming met de aanwezige risico's in het bedrijf. De risicograad van het bedrijf verhoogt in functie van het aantal werknemers en de risicovolle aard van de werkomstandigheden op het bedrijf. Eenvoudig gezegd: hoe meer werknemers en hoe gevaarlijker het werk, hoe strenger de opleidingsvereisten.

Volgende stappen helpen om te bepalen wat de opleidingsvereisten zijn. 
 

Stap 1. Bepaling van het A, B, C of D-bedrijf

Afhankelijk van het aantal werknemers en de sector waartoe de organisatie behoort, kan je nagaan of jouw organisatie behoort tot groep A, B, C of D.  De indeling in vier groepen is gebaseerd op Boek II, Titel 1 Interne dienst van de Codex welzijn op het werk. Groep A omvat de zeer groten bedrijven en/of met de meest risicovolle activiteiten. Groep D omvat de bedrijven met minder dan 20 werknemers waar de werkgever zelf de functie van preventieadviseur uitoefent.

De tabel in bijlage (pdf download) bevat een gedetailleerd overzicht van sectoren op basis van de NACE-codes zodat je zelf kan terugvinden tot welke groep jouw bedrijf behoort. De informatie in deze bijlage is louter indicatief. Indien je niet weet welke NACE-code jouw bedrijf heeft, kan je dit zelf opzoeken in de databank van de bedrijven
De omschrijving in de Codex, art. II.1-2 vormt de wettelijke basis voor de indeling in groepen. In geval van twijfel vraag je best advies aan de externe dienst of aan Toezicht welzijn op het werk.

Stap 2. Het bedrijf telt verschillende technische bedrijfseenheden

Sommige bedrijven bestaan uit één juridische entiteit (nv, bvba, …), maar hebben meerdere technische bedrijfseenheden. Deze technische bedrijfseenheden kunnen geografisch verspreid zijn en al dan niet een zelfde activiteit hebben.

De algemene stelregel is dat interne diensten voor preventie worden opgericht naargelang de structuur van de Comités voor preventie en bescherming op het werk

Indien jouw bedrijf bijvoorbeeld één juridische entiteit vormt, met drie technische bedrijfseenheden, met in totaal twee comité’s, moeten er per niveau waar er een comité is opgericht, ook een afdeling van de interne dienst opgericht worden. Een overkoepelende centrale interne dienst zorgt voor de coördinatie en de samenwerking. De opleidingsvereisten voor de preventieadviseurs van deze afdelingen zijn gelijklopend. Afhankelijk van de grootte van de afdeling en de activiteiten wordt de groep bepaald en de daarmee samenhangende opleidingsvereisten. 


Stap 3. Welke opleidingseisen voor welk type van bedrijf?

Onderstaande tabel geeft een overzicht van de opleidingsvereisten volgens de groep van het bedrijf. 

 hoofd van de interne dienst preventieadviseurs
Groep Aniveau I + 2 jaar ervaringniveau II
Groep Bniveau IIbasiskennis
Groep Cbasiskennisbasiskennis
Groep D (werkgever zelf)basiskennis basiskennis 
Prevent opleidingsruimte

Stap 4: Inschrijven...

Externe dienst

De externe dienst bestaat uit twee afdelingen: de afdeling medisch toezicht en de afdeling risicobeheersing. De afdeling risicobeheersing is multidisciplinair samengesteld en telt onderafdelingen met preventieadviseurs
- arbeidsveiligheid
- arbeidsgeneeskunde
- ergonomie
- arbeidshygiëne
- psychosociale aspecten 
 

Deze preventieadviseurs moeten beschikken over een universitair basisdiploma gevolgd door een aanvullende vorming.

DeskundigheidUniversitair basisdiplomaAanvullende vorming Bijkomende voorwaarde
ArbeidsveiligheidAcademisch gevormd ingenieur of industrieel ingenieurNiveau I  
ArbeidsgeneeskundeHouder van een diploma van  artsArbeidsgeneeskunde 
ErgonomieMasterSpecialisatie module ergonomiedrie jaar nuttige praktische ervaring
ArbeidshygiëneMasterSpecialisatie module arbeidshygiënedrie jaar nuttige praktische ervaring
Psychosociale aspectenDiploma op universitair niveau met in het curriculum een belangrijk aandeel psychologie en sociologie, en een specialisatie in arbeid en organisatieSpecialisatie module psychosociale aspectenvijf jaar nuttige praktische ervaring


 

Omschrijving van sectoren en indeling in groepen