Tewerkstellingstraject artikel 60
Doel
Elke persoon heeft recht op maatschappelijke dienstverlening, met als doel iedereen in de mogelijkheid te stellen een leven te leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid. De artikel 60-tewerkstellingstrajecten passen in die brede maatschappelijke doelstelling.
Het traject richt zich naar personen die een leefloon ontvangen van het OCMW. Om hun tewerkstellingskansen te vergroten, kunnen zij instappen in een job. De doelstelling van deze tewerkstelling is tweeledig:
- de persoon de mogelijkheid geven om werkervaring op te doen, zich bij te scholen en om arbeidsattitudes te oefenen, zodat de kansen op een duurzame tewerkstelling verhogen.
- socialezekerheidsrechten opbouwen, waardoor men na een volledig afgeronde tewerkstelling in het kader van artikel 60§7 (opnieuw) aanspraak kan maken op een werkloosheidsuitkering.
Wettelijke basis
De basis van dit type sociale tewerkstelling kan gevonden worden in de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, artikel 60§7. Tewerkstelling op basis van artikel 60§7 werd sinds 1 januari 2017 geïntegreerd in een ‘traject tijdelijke werkervaring’ (TWE). Dat is een samenwerkingsstructuur tussen VDAB en het OCMW, wat resulteert in een breder begeleidingstraject.
Wie?
80 à 90% van de werknemers in een artikel 60§7-statuut (‘artikel 60-medewerkers’) heeft een migratieachtergrond. Het gaat om economische vluchtelingen, subsidiair beschermden, gezinsherenigingen, huwelijken, oorlogsvluchtelingen en politieke vluchtelingen. Die doelgroep heeft mogelijk verschillende risicoverhogende factoren (bv. minder goede beheersing van de taal, traumatische achtergrond, lage scholing, andere cultuur). Tussen de 10 en 20% van de artikel 60-medewerkers is van Belgische origine. Vaak bevinden zij zich in situaties van kansarmoede.
De bepaling of iemand kan instromen in het traject is gebaseerd op de inschatting door de begeleider van het OCMW of VDAB. Doorgaans heeft de betrokkene al een weg afgelegd en zijn er al acties ondernomen in functie van een mogelijke tewerkstelling. De OCMW- of VDAB-medewerkers maken op basis van de beschikbare informatie de inschatting of de betrokkene in staat zal zijn om de afstand naar het normaal economisch circuit binnen maximaal twee jaar te overbruggen.
Duur
De maximale duur van het tewerkstellingstraject bedraagt twee jaar, maar vaak duurt het korter. De tewerkstellingsperiode mag immers niet langer zijn dan de periode die voor de tewerkgestelde persoon nodig is om recht te krijgen op de volledige sociale uitkeringen. De duurtijd van een traject is daarom afhankelijk van de leeftijd en de achtergrond van de betrokkene. Als de medewerker genoeg dagen gewerkt heeft om aanspraak te maken op een werkloosheidsuitkering, stopt de artikel 60-overeenkomst. De persoon maakt de overstap naar het statuut van uitkeringsgerechtigd werkzoekende.