Psychosociale risico’s en musculoskeletale aandoeningen nemen toe

Het rapport over de arbeidsomstandigheden in België in 2021 laat zowel positieve als negatieve ontwikkelingen zien: psychosociale risico’s en musculoskeletale aandoeningen nemen toe, kwaliteit van werk gaat achteruit maar de kwaliteit van tewerkstelling stijgt.

Enquête 2021

Samenwerking met Eurofound

De enquête was oorspronkelijk voorzien voor 2020, maar werd als gevolg van de Covid-crisis uitgesteld tot 2021. De gegevens over de arbeidsomstandigheden in België werden verzameld in samenwerking met de Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden (Eurofound, EWC(t)S 2021). Dankzij de samenwerking met Eurofound beschikt België al meer dan 10 jaar over een kwalitatief hoogstaand nationaal onderzoek naar de arbeidsomstandigheden. Het is al voorzien dat deze samenwerking wordt voortgezet met een volgende Europese enquête in 2024.
De FOD Werkgelegenheid vroeg vervolgens aan een team van universitaire onderzoekers (KU Leuven, ULiège, ULB en VUB) om de Belgische gegevens te analyseren.

Vragenlijst

Er werden bijna 4000 mensen telefonisch geïnterviewd. De vragenlijst die voor de interviews werd gebruikt, omvatte verschillende aspecten met betrekking tot arbeidsomstandigheden: type contract, uurroosters, werkplaatsen, blootstelling aan beroepsrisico’s (lawaai, chemische stoffen, pijnlijke houdingen, hanteren van lasten, repetitieve bewegingen, werken met derden,...), fysieke gezondheidstoestand (rugklachten, pijn in de bovenste en onderste ledematen), mentale gezondheidstoestand (uitputting, angst, WHO-5 Mental Well-Being Index), presenteïsme, balans met het privéleven, hulpmiddelen (hulp van collega’s of van de leidinggevende,...), discriminatie, ongewenst seksueel gedrag, bedreigingen of geweld, enz. 

Evolutie

De analyse van de EWC(t)S 2021 beschikbare gegevens (28 kenmerken) laat toe om een beeld te vormen van de kwaliteit van het werk en de tewerkstelling in België in 2021, rekening houdend met de context van de Covid-crisis. Waar mogelijk werden de indicatoren hernomen die berekend werden bij de eerdere gegevensanalyses van 2010 en 2015, om zo de evolutie van de arbeidsomstandigheden sinds 2010 te kunnen vergelijken.

Twee delen

Het rapport bestaat uit twee delen. Het eerste deel geeft een vrij algemene kijk op de kwaliteit van het werk en de tewerkstelling. Het tweede deel richt zich op de specifieke relaties tussen de kenmerken van de tewerkstelling en het werk en de directe of indirecte gevolgen voor de werknemer. 

Algemene evolutie 

Kwaliteit van het werk

Wat de dimensie ‘werk’ betreft, stellen we in het algemeen een negatieve evolutie vast tussen 2015 en 2021. Alle onderzochte risico’s zijn toegenomen. Ook de locatie van het werk is tussen 2015 en 2021 sterk veranderd, met een duidelijke toename van thuiswerk en een sterke afname van werken in de gebouwen van de werkgever. Hier zien we de gevolgen van de Covid-19-pandemie, die veel werknemers dwong van thuis uit te werken daar waar hun activiteit dat toeliet.

Kwaliteit van de tewerkstelling

Wat de dimensie ‘tewerkstelling’ betreft, zien we een verbetering tussen 2015 en 2021: het aantal vaste contracten en carrièremogelijkheden is toegenomen en de aard van de door de werknemers ontvangen opleidingen is veranderd.

Arbeidsverhoudingen 

Voor de dimensie ‘arbeidsverhoudingen’ stellen we voornamelijk een verbetering vast van de participatie en vooral een duidelijke toename van de vertegenwoordiging. De Covid-19-pandemie kan een stimulans zijn geweest voor het organiseren van regelmatige vergaderingen waar werknemers konden worden geïnformeerd over de gevolgen van de pandemie voor hun organisatie en waar ze hun mening konden geven.

Gezondheid 

Wat de gezondheid van de werknemers betreft, stellen we voor bijna alle onderzochte kenmerken een verslechtering vast. Het aantal werknemers dat zegt dat het werk een (negatieve) invloed heeft op hun gezondheid is toegenomen. Van de 5 kenmerken van psychologisch welzijn hebben er 4 een score die afneemt tussen 2015 en 2021.

Impact op de werknemers

MSA en PSR in opmars

Het is weinig verrassend dat dit rapport een toenemende evolutie van psychosociale risico’s (PSR) en vooral van musculoskeletale aandoeningen (MSA) aantoont. Het blijven de voornaamste problemen waarmee de meerderheid van de werknemers over alle activiteitensectoren heen wordt geconfronteerd. Het staat al nu vast dat het updaten van de wetgeving rond MSA, die nog steeds gebaseerd is op twee Europese richtlijnen uit de jaren ’90, meer dan noodzakelijk is om bedrijven te helpen om deze risico’s beter te bestrijden. 

Biomechanische risico’s (MSA)

Wat de blootstelling aan MSA betreft, zeggen werknemers dat hun werk vaak of altijd dezelfde bewegingen met de handen of de armen met zich meebrengt (60%), gepaard gaat met pijnlijke of vermoeiende houdingen (24%), het dragen of verplaatsen van zware lasten (18%) en het optillen of verplaatsen van mensen (9%). 
De Belgische bevraagden klaagden over: 
  • spierpijn in de schouders, nek en/of bovenste ledematen (56%) 
  • rugpijn de laatste 12 maanden (51%) 
  • hoofdpijn of vermoeide ogen (48%)
  • spierpijn in de onderste ledematen (34%) 
80% van alle respondenten rapporteerde minimaal één van de bovenstaande klachten. Bij 58% van de respondenten komt er meer dan één symptoom tegelijkertijd voor. 

Psychosociale risico’s (PSR)

Het mentaal welzijn van de Belgische werknemers wordt in de EWC(t)S 2021 gemeten via de zelfbeoordelingsvragenlijst WHO-5 (Mental) Well-Being Index (Topp et al., 2015). Ongeveer 7% van de respondenten geeft aan zich de laatste twee weken mentaal “helemaal niet” of “soms” goed te voelen.
 
Van alle respondenten die op de vragen over uitputting "vaak" of "altijd" antwoorden, zegt ongeveer een derde (32%) zich aan het eind van de werkdag lichamelijk uitgeput te voelen, en ongeveer 15% (14,7%) voelt zich emotioneel uitgeput door hun werk.
In termen van bevlogenheid scoren zij veel hoger: tussen 77% en 83% voelt zich energiek op het werk, is enthousiast over het werk en heeft het gevoel dat de tijd snel voorbijgaat als men aan het werk is.
Het percentage werknemers dat meldt dat zij in de afgelopen 12 maanden het slachtoffer geweest te zijn van intimidatie, pesten of geweld op het werk op het werk zijn gepest, lastiggevallen of aan geweld zijn blootgesteld, is toegenomen (9% in 2021 vergeleken met 3% in 2015). 
De situatie met betrekking tot verbale bedreigingen of verbaal geweld op het werk in de afgelopen maand is verbeterd (11% in 2021 vergeleken met 13% in 2015).
De resultaten met betrekking tot ongewenst seksueel gedrag op het werk tot seksuele intimidatie op het werk in de afgelopen maand zijn stabiel (2% in 2021 en in 2015). 

Indeling op basis van de kwaliteit van de arbeidsomstandigheden 

Uit alle kenmerken die tijdens deze enquête geanalyseerd werden, konden vier soorten tewerkstelling geïdentificeerd worden die het mogelijk maken om de situatie van de arbeidsomstandigheden in België samen te vatten:
  • 38% van de werknemers hebben een kwalitatief goede job 
  • 24% van de werknemers hebben een kwalitatief slechte job
  • 20% van de werknemers hebben een job met weinig autonomie in de werkwijzen 
  • 18% van de werknemers hebben een evenwichtige job.