Antwoorden
1. Antwoord b
Als het koud is, zal het lichaam steeds proberen om een normale temperatuur te behouden. Wanneer het niet lukt om terug op te warmen en de centrale lichaamstemperatuur daalt tot onder 35°C, spreken we van onderkoeling.
2. Antwoord c
Hypothermie is een synoniem van onderkoeling.
3. Antwoord b
Als je collega onderkoeld geraakt en nog bij bewustzijn is, geef hem dan een warm gesuikerd drankje. De mechanismen om de lichaamstemperatuur te behouden, vragen immers veel energie. Alcohol zorgt enkel voor extra warmteverlies.
4. Antwoord a, b en c
Vooral de neus, oren, handen en voeten zijn gevoelig aan bevriezing. Bevriezing kan je voorkomen door de gevoelige lichaamsdelen goed te bedekken.
5. Antwoord b
Heb je symptomen van bevriezing? Zoek een beschutte ruimte op, blaas op de aangetaste delen en dompel ze onder in lauw (geen warm) water zonder de randen van de waterbak aan te raken. Wrijf zeker niet op de lichaamsdelen, want dit leidt enkel tot meer schade.
6. Antwoord c
Bij koubulten (of winterhanden en -voeten) is de huid gezwollen en paarsachtig van kleur. Ook glimt en jeukt de huid en voelt deze koud aan. In een verder stadium kan de huid beginnen barsten.
7. Antwoord a en c
Om koubulten te behandelen, mag je niet te snel te werk gaan. Door plotse opwarming kan de huid immers erg beginnen jeuken en kan er hevige pijn ontstaan. De getroffen lichaamsdelen inwrijven met kamferalcohol en opwarmen in lauwe baden of afwisselend warme en koude baden nemen, kan soelaas bieden.
8. Antwoord a
Kloven worden veroorzaakt door droge koude die dikwijls gepaard gaat met veel wind. Vooral in de winter hebben mensen hier last van, want dan is de lucht extra droog.
9. Antwoord a
Bij het syndroom van Raynaud verloopt de verkleuring in drie fasen: eerst wit, dan blauw en tot slot, na opwarming, rood. Vaak gaan de eerste twee fasen gepaard met pijn en tintelingen en voelen de vingers of tenen gevoelloos aan.
10. Antwoord b
Het risico op musculoskeletale aandoeningen (MSA) neemt toe bij werken in de koude.