Een blik in de toekomst
15 jaar na de invoering van de Wet welzijn en tien jaar na het de introductie van de interne en externe diensten voor preventie op het werk staan deze verenigingen stil bij de evolutie van de arbeidsgeneeskunde en de manieren waarop de arbeidsgeneesheren in België efficiënter hun taken zouden kunnen vervullen.
Door de jaren heen is de rol van de arbeidsgeneesheren immers fel gewijzigd. Als specialist inzake gezondheid en de relatie tussen het werk en de mens, krijgen de arbeidsgeneesheren steeds meer taken toegewezen. Ook de rol van de verpleegkundigen wijzigde aanzienlijk. Aanvankelijk hadden ze enkel een ondersteunende rol, maar mettertijd werd de roep om de verpleegkundigen ook in te zetten bij gezondheidsbeoordelingen steeds luider.
Arbeidsgeneeskunde
De voorbije jaren zijn zowel werkgevers, werknemers als overheden overtuigd geraakt van het feit dat fitte en gezonde werknemers essentieel zijn voor de productiviteit van ondernemingen en een gezonde economie. De arbeidsgeneesheer speelt hierin een cruciale rol.
De auteurs vinden dat de rol van de arbeidsgeneesheren moet uitgebreid worden. Ze moeten steeds beschikbaar zijn voor alle werknemers en dus niet alleen voor werknemers in risicovolle beroepen. Bovendien moet de arbeidsgeneeskunde ook beter aangepast worden aan de karakteristieken van de kleinere ondernemingen. Nu is de arbeidsgeneeskunde nog te veel toegespitst op de grote bedrijven.
Momenteel is er in de preventie en de bescherming op het werk een duidelijk onderscheid tussen de risicobeheersing enerzijds en het medisch toezicht anderzijds, met elk een eigen systeem van financiering. In de visietekst wordt voorgesteld om dit te laten evolueren naar een geïntegreerd systeem waarbij werkgevers een forfaitair bedrag betalen voor de gezondheid op het werk. Dit bedrag zou kunnen opgesplitst worden in drie delen: een vast bedrag voor risicoanalyse, een vast bedrag voor het gezondheidstoezicht en een deel dat besteed wordt aan preventieprojecten die aangestuurd worden door de arbeidsgeneesheer, de preventieadviseurs, de werkgever en uiteraard de werknemers zelf.
Medische activiteiten
De initiatiefnemers lanceren ook het voorstel om elke werknemer te onderwerpen aan een voorafgaandelijke gezondheidsbeoordeling bij de intrede in het beroep. Deze gezondheidsbeoordeling zou los moeten staan van het type contract en telkens herhaald worden bij het veranderen van job of functie. Deze voorafgaandelijke gezondheidsbeoordeling is een soort van nulmeting waaraan alle latere gezondheidsbeoordelingen kunnen afgetoetst worden.
De auteurs vinden ook dat de periodieke gezondheidsbeoordeling samen zou moeten hangen met het beroepsrisico. De arbeidsgeneesheer moet de vrijheid hebben om zelf de periodiciteit van de gezondheidsbeoordelingen te bepalen op basis van de beroepsrisico’s en de gezondheidstoestand van de werknemer.
Ook zou het voortgezet gezondheidstoezicht een concrete invulling moeten krijgen. Aan het einde van de beroepsloopbaan zou een balans moeten opgemaakt worden van het arbeidsgeneeskundig consult en alle risico’s en blootstellingen. Wanneer deze individuele historiek nadien ook overhandigd wordt aan de werknemer, kan die met deze informatie naar zijn behandelend geneesheer trekken. In de huidige situatie bestaat er immers amper communicatie of overleg tussen de arbeidsgeneesheer en de behandelend geneesheer. De auteurs pleiten eveneens voor synergiën met de schoolartsen en bedrijfsartsen en een betere samenwerking met andere paramedici (kinesisten, psychologen).
Daarnaast zou ook de drempel moeten verlaagd worden, zodat het voor werknemers eenvoudiger wordt om op ieder moment naar de arbeidsgeneesheer te stappen.
Gezondheidspromotie
Vanuit zijn opleiding en met de kennis die de arbeidsgeneesheer heeft over de blootstellingen en risico’s op de werkvloer, is hij ook uitstekend geschikt om een centrale rol te vervullen op het vlak van gezondheidspromotie, zowel op individueel vlak (periodieke onderzoeken) als op collectief vlak (workplace health promotion).
Re-integratie
Ook in het genezingsproces na een ongeval of ziekte moeten de arbeidsgeneesheren ingeschakeld worden. De zieke werknemer moet doorheen het genezingsproces begeleid worden en op een medisch verantwoorde manier opnieuw geïntegreerd worden in het arbeidsproces. Cruciaal hierbij zijn een gezondheidsbeoordeling voor de werkhervatting en de organisatie van het werk en de werkpost wanneer de werknemer terug aan het werk gaat. De beoordeling van gegrondheid van de afwezigheid en de behandeling tijdens de afwezigheid behoren uiteraard niet tot het takenpakket van de arbeidsgeneesheer.
Naast deze rol als individueel begeleider, moet de arbeidsgeneesheer ook een voortrekkersrol krijgen in het ondernemingsbeleid inzake ziekteverzuim en re-integratie. Dit omvat onder andere de analyse van de rol van de beroepsfactoren en toegang tot de gegevens inzake het ziekteverzuim die het bedrijf bijhoudt, om hiervan analyses te maken die kunnen leiden tot een betere preventie. Momenteel zijn de arbeidsgeneesheren hiervoor niet opgeleid. Ook hierin zou dus verandering moeten komen.
Wetenschappelijke benadering
In de toekomst zien de auteurs de arbeidsgeneeskunde ook een steeds meer wetenschappelijk georiënteerde weg inslaan. De gegevens die de arbeidsgeneesheren bijhouden tijdens hun medische onderzoeken zouden door statistische analyses moeten leiden tot betere conclusies en preventiemaatregelen. De arbeidsgeneesheren zouden deze onderzoeksgerichte wetenschappelijke aanpak ook moeten toepassen bij de werkpostanalyses en bedrijfsbezoeken.
Een ander voorstel is om de biologische monitoring los te koppelen van de medische onderzoeken en te laten gebeuren door een analytisch labo of verpleegkundigen.
Erkenning bedrijfsverpleegkundigen
De visienota wijdt ook aandacht aan de rol van de bedrijfsverpleegkundigen en pleit voor een wettelijke erkenning van hun beroep. Mits een degelijke opleiding, moeten de bedrijfsverpleegkundigen in staat zijn om gezondheidsgesprekken af te nemen, periodieke gestandaardiseerde medische onderzoeken uit te voeren en zo de arbeidsgeneesheren wat ontlasten.